zilveren dubbele groot Gelderland Mechteld (1371-1379)

wpe4.jpg (32752 bytes)

Edward van Gelre werd gedood in de slag van Basweiler op 22 augustus 1371 door een pijl uit het eigen kamp. Hij kwam er zijn schoonbroer hertog Willem II van Gulik (1361-1393) ter hulp die door Wenceslas van Brabant werd aangevallen omwille van de roversbenden (Linfars) die Willem er op nahield. Bovendien had Willem van Gulik Brabantse kooplieden gevangen genomen. Reinoud III, die door zijn jongere broer Edward werd gevangen gehouden, kwam weer vrij en werd opnieuw hertog van Gelre maar hij stierf reeds op 4 december 1371. Daar beide broers overleden zonder nakomelingen maakten de dochters van het eerste huwelijk van Reinhoud II en halfzusters van de twee hertogen aanspraak op de erfenis. Mechteld (Mathilde), de oudste, weduwe van graaf Jan II van Kleef, eiste Gelderland op voor zichzelf terwijl Maria, vrouw van hertog Willem II van Gulik aanspraak maakte op het graafschap in naam van haar minderjarige zoon Willem III van Gulik. Om haar eisen met financiele middelen kracht bij te zetten huwde Mechteld op 14 februari 1372 met Jan II van Châtillon, graaf van Blois en kleinzoon van Jan van Beaumont, de machtigste landeigenaar van Holland en Henegouwen. De Hekerens, de bisschop van Utrecht Arnold van Hoorne (1371-1378), Veluwe en Neder-Betuwe steunden Mechteld in de oorlog die spoedig uitbrak terwijl de Bronckhorsten, Opper-Gelre, Zutphen en Over-Betuwe aan de kant van de jonge Willem van Gulik stonden. Tijdens de minderjarigheid van Willem III was zijn vader Willem II voogd tot in 1377. Een akkoord, dat in 1373 werd bereikt, vertrouwde de regering van Gelderland toe aan Mechteld. In 1377 werd Willem meerderjarig verklaard en als hertog van Gelre ingehuldigd. Keizer Karel IV (1346-1378) bekrachtigde Willem als hertog en gaf hem Gelre evenals Zutphen in leen. Bij de Vrede van 24 maart 1379 trad Mechteld af maar behield de titel van hertogin en bekwam een jaarrente. Op 18 september 1379 huwde de jonge Willem van Gulik met Catherina, dochter van Albrecht van Beieren, ruwaard van Holland en Henegouwen, weduwe van hertog Edward van Gelre. Jan van Blois overleed in 1380 en Mechteld eind 1382. Zowel door Mechteld als door Willem van Gulik werden plakken aangemunt te Arnhem en te Nijmegen in navolging van de Vlaamse plakken van Lodewijk van Male. Hun aantal was echter zeer gering.

Type munt dubbele groot of botdrager of plak Omschrift voorzijde MECHTELDIS DVX GELRN' Z CONT' DE ZWTF' Muntconditie fraai
Hertogdom Gelderland Omschrift keerzijde BENEDICTVS:QVI: VENIT:IN:NOMINE: DOMINI:

MONETA GELDERENSI

Datum 12 juni 2010
Muntplaats Voorzijde zittende leeuw in toernooihelm in 14pas Verkoper elsen.eu
Jaartal Keerzijde kort gebloemd kruis Bedrag euro 1000 excl 18% opgeld
Mechteld (1371-1379) Vindplaats Veiling elsen.eu, lot 501
Metaal Schatvondst
Oplage Literatuur referentie v.d.Ch., 5, 1
Gewicht 2,59 gram
Diameter
Soortelijke massa