Hindenburg was een typische vertegenwoordiger van zijn milieu, zeer conservatief, monarchistisch, nationalistisch, meer gericht op Pruisen dan op Duitsland, onverschillig waar het kunst en literatuur betreft. Hij was een aristocraat en zag het landsbestuur en de leiding over de strijdkrachten als een rol waar alleen de adel recht op kon doen laten gelden. In 1914 vielen de Russen sneller dan verwacht Oost-Pruisen binnen. De Duitse bevelhebber aldaar raakte in paniek. Paul von Hindenburg, reeds 66 jaar oud en bovendien al drie jaar met pensioen, werd teruggeroepen om de Russische opmars een halt toe te roepen. Pas na lang aarzelen stemde hij toe en werd bevelhebber van het Duitse achtste leger, aan het oostfront.
In 1925 stierf Rijkspresident Friedrich Ebert. Bij de verkiezing van een opvolger behaalde in de eerste ronde geen enkele kandidaat een absolute meerderheid. In de tweede ronde stelde Hindenburg zich tegen zijn zin, maar op verzoek van zijn rechtse achterban kandidaat en werd met ruime meerderheid gekozen.
Er was aanvankelijk twijfel over de vraag of een antidemocratisch gezinde edelman, behangen met de orden van zijn geliefde keizer, wel een goed president van de eerste democratische Duitse republiek kon zijn, een staat waarin de politiek door de rijkskanselier en het kabinet werden geformuleerd.[5] Hij moest inderdaad niets van democratie hebben, maar zwoer toch een eed op de democratische grondwet van Weimar en hield zich er ook aan. Tegen alle verwachtingen in deed de oude man het uitstekend als constitutioneel staatshoofd. Aan het eind van zijn zevenjarige termijn, toen zijn lichamelijke en geestelijke krachten hem al in de steek lieten, liet hij zich toch overhalen tot een nieuwe kandidatuur. Nationaalsocialist Adolf Hitler besloot daarop om zijn tegenkandidatuur in te dienen. De campagne werd namens de president gevoerd door kanselier Heinrich Brüning, die echter direct na de overwinning door Hindenburg werd afgedankt.
Hij werd in 1932 herkozen met 49% van de stemmen (tegenover de 30% van Adolf Hitler) maar moest toezien hoe de Republiek van Weimar nu zozeer door extreem rechts en extreem links werd verscheurd dat de politieke toestand hopeloos leek. De benoeming van de door Hindenburg verachte "Boheemse korporaal" Hitler werd door de op eigenbelang bedachte "camarilla" onder wie zijn secretaris dr. Meisner, oud-kanselier Franz von Papen en Hindenburgs zoon Oskar doorgedrukt. Na twee zeer korte tussenkabinetten benoemde hij aldus in 1933 Adolf Hitler tot rijkskanselier, als opvolger van Kurt von Schleicher. bron
Type munt | 2 Mark | Omschrift voorzijde | 2 Reichs Mark Deutsches Reich 1938 |
Muntconditie | zeer fraai - Prachtig |
Randschrift | Gemeinnutz geht vor Eigennutz | Omschrift keerzijde | 1847-1934 D Paul von Hindenburg |
Datum | 21 maart 2021 |
Muntplaats | E Muldenhütten | Voorzijde | An eagle holding a wreath of oak leaves above the swastika in the middle of the wreath | Verkoper | koevoets_numismatics |
Jaartal | 1938 E | Keerzijde | A large portrait of Paul von Hindenburg facing right with the mintmark between Hindenburg's neck and '1847' | Bedrag | US $15,50 (EUR 13,14) |
Vorst | Vindplaats | Veiling | Ebay | ||
Metaal | zilver | Schatvondst | |||
Oplage | 3,725,000 | Literatuur referentie | KM 93 | ||
Gewicht | 7,90 gram | ||||
Diameter | 25,04 mm 25,07 mm | ||||
Soortelijke massa |