Artikelen over munten

 

Klassiek
Middeleeuwen
Modern
Euro's
Algemeen
Anders
 

Startpagina

Zin en onzin over Amerikaanse bankbiljetten

Door Arnout Bruins

"Amerikanen, daar zit soms een steekje bij los". Een aanwijzing hiervoor is dat recent een 20 dollar biljet voor maar liefst 21.000 euro is verkocht, meer dan 1000 keer de oorspronkelijke waarde! Natuurlijk is er iets speciaals aan dit biljet: het heeft een rood-groen-geel stickertje van een Delmonte banaan.

Het biljet is in 1996 gedrukt in Forth Worth. Amerikaanse biljetten worden in drie drukgangen gedrukt. In de eerste drukgang wordt de rugzijde bedrukt, in de tweede de voorkant om in de derde drukgang het serienummer en stempel van het ministerie van Financiën te krijgen. Bij dit biljet zijn de rugzijde en voorzijde gewoon bedrukt. Een medewerker kreeg toen trek en heeft een banaantje gegeten. Het stickertje van de banaan heeft hij op een vel bankbiljetten geplakt. Het gevolg was dat met de derde drukgang precies op de sticker het serienummer en stempel gedrukt zijn. Tijdens de kwaliteitscontroles is de sticker niet opgemerkt, zodat het biljet gewoon gesneden en verpakt is.

Een gelukkige Amerikaan kreeg tijdens het geldpinnen dit biljet. Wat er daarna precies is gebeurt is onduidelijk, maar uiteindelijk is in 2003 dit biljet op de Internet veilingsite Ebay te koop gezet. Daar werd het gekocht voor 10.100 dollar door Daniel Wishnatsky. Hij verteld: "Ik verzamel nu zeven jaar maar heb nog nooit eerder zulke reacties van mensen gezien als ik dit biljet toon. De ogen vallen bijna uit de kassen!" Het biljet werd beroemd. Het kreeg een prominente plaats in verschillende muntentijdschriften. Daniel Wishnatsky besloot daarna om het te verkopen. Eerst werd onderzocht of het wel een echt biljet betreft, en niet een vervalsing. Jason Bradford van PCGS verklaart het biljet echt. Daarna werd het door Heritage Galleries geveild zodat Daniel Wishnatsky 15.000 dollar winst heeft gemaakt.

wpeED.jpg (34105 bytes)

Biljet met Del Monte sticker

Fouten maken is menselijk, zeker met een productie van 35 miljoen biljetten per dag. Dat is namelijk het aantal Amerikaanse bankbiljetten die dagelijks het licht zien. In totaal hebben deze biljetten een waarde van 635 miljoen dollar. Om al deze biljetten te maken is 18 ton inkt per dag nodig. Naast inkt bestaat een biljet voor 25% uit linnen en 75% katoen. Een biljet is daardoor soepel, het kan ongeveer 4000 keer gevouwen worden voordat het scheurt. 95% van de mooie, nieuwe, knisperende biljetten wordt gedrukt om oude, vervuilde biljetten te vervangen. 45% van de nieuwe biljetten zijn 1 dollar biljetten - het meest gebruikte Amerikaanse biljet. Er bestaan wel 1 dollar munten maar die zijn nooit door het publiek geaccepteerd. Een biljet 'versterft' zoals dat in vakjargon heet:

  • $ 1 heeft een levensduur van 22 maanden,
  • $ 5 heeft een levensduur van 24 maanden,
  • $ 10 heeft een levensduur van 18 maanden,
  • $ 20 heeft een levensduur van 25 maanden,
  • $ 50 heeft een levensduur van 55 maanden,
  • $ 100 heeft een levensduur van 60 maanden.

De eerste Amerikaanse bankbiljetten werden in 1861 gedrukt tijdens de Amerikaanse burgeroorlog. Toen werden biljetten van 3 cent, 5 cent, 10 cent, 25 cent en 50 cent gemaakt. Deze biljetten waren nodig omdat de bevolking het muntgeld vasthield, immers in tijden van oorlog kan je beter goud en zilver hebben. Omdat toch betaald moest worden zijn de bankbiljetten in omloop gebracht. In 1862 is het bureau voor "Engraving and printing" opgericht. Toen waren zes mensen bezig om $ 1 en $ 2 biljetten te snijden die door een privé bank waren gedrukt. Vandaag de dag werken er 2.800 mensen, verdeeld over de locaties in Washington D.C., en in Forth Worth, Texas. Het kost 5,7 dollarcent om een enkel biljet te maken.

De tekst "In God We Trust" (wij vertrouwen op god). Verscheen in 1957 op een biljet, en in 1963 op alle biljetten. Het biljet met de hoogste waarde is het $ 100.000 dollarbiljet. Deze biljetten werden slechts van 18 december 1934 tot 9 januari 1935 gedrukt. Per biljet moest hiervoor de tegenwaarde in goud bij een van de nationale banken aanwezig zijn. Deze biljetten zijn nooit in omloop geweest, maar werden gebruikt voor afrekenen tussen de verschillende nationale banken.

Een vaak gestelde vraag is waar het $ teken vandaan komt. De meest geaccepteerde verklaring is dat het een combinatie en verbastering is van de P, de Spaanse Pesos ook bekende als de reaal van acht, en de S. Langzaam maar zeker zijn deze letters over elkaar heen geschreven, dit levert een teken op dat lijkt op het dollar teken.

Er zijn ook verzamelaars die biljetten voor het serienummer verzamelen. Serienummers met een hoop nullen zijn erg geliefd, maar ook radarnummers, een nummer dat je (net als het woord radar) achterstevoren kunt lezen zonder dat het verandert. Ook nummers met veel zessen - het nummer van de duivel - zijn gezocht. Een vervangingsnummer (replacement number) kan de handelswaarde van een bankbiljet verveelvoudigen. Zo'n vervangingsnummer begint met een X. Het staat op speciale reservebiljetten, die worden gebruikt als een bankbiljet van een vel niet door de kwaliteitscontrole komt. Om de totale waarde van de gedrukte biljetten in het partij niet te veranderen wordt het biljet vervangen, in plaats van alleen maar verwijderd.

Meer informatie over Amerikaanse bankbiljetten is te vinden bij het bureau "Engraving and Printing" http://www.bep.treas.gov/
Verder discussiëren over Amerikaanse biljetten, of andere muntonderwerpen? www.muntenbodemvondsten.nl. Voor dit artikel bedank ik "Figleaf" (Peter Kraneveld)'.

wpeEE.jpg (36172 bytes)

Drie dollarcent biljet, erg handig om postzegels van driecent voor te kopen.